's-Hertogenbosch kreeg er in de tweede helft van de negentiende eeuw vele nieuwe kloosters bij. Gedurende lange tijd bepaalden deze gebouwen en de bewoners ervan het straatbeeld. Ondermeer betrof dat het pand waar we vandaag een kijkje achter de voorgevel gaan nemen: Sint Jozefstraat 13. De in de schttiende eeuw gestichtte Congregatie van de Allerheiligste Verlosser, bekend geworden als 'de redemptoristen', kwam een eeuw later naar Nederland. Hier stonden zij bekend om hun volksmissies gedurende één of twee weken vonden er langdurige predikaties plaats, gevolgd door een uitvoerig biechthoren en het deelnemen aan de H.Mis. Niet iedereen was enthousiast over deze 'missies': de protestanten niet, de burgerlijke autoriteiten vreesden ordeverstoringen en de wereldgeestelijken vreesden concurrentie. Van 8 tot en met 22 november 1843 werd een dergelijke volksmissie in 's-Hertogenbosch gehouden door veertien paters, op verzoek van de apostolisch vicaris en enkele katholieke Bosschenaren. Daarna vertrokken de paters weer. Tien jaar later, bij de terugkomst van het Mirakelbeeld na een ballingschap van ruim twee eeuwen, werd er opnieuw een volksmissie gehouden. Nu bleven de Redemptoristen in de stad en vestigden er zich definitief. Zij hadden toen slechts zes gulden in kas. In 1854 kochten zij grond in de Tweede Nieuwstraat en bouwden er een klooster en een kerk. In 1855 kon het klooster in gebruik genomen worden; de kerk werd in 1859 ingezegend. Kostte de grond hen ƒ 7.500,-; het klooster was aanbesteed voor ƒ 30.000,-. Architect A. van Veggel ontwierp het klooster en aannemer J.G. Schull zorgde voor de bouw. Legaten en geldschenkingen stelden de Redemptoristen in staat dit werk te beginnen. Helemaal voorspoedig ging dit niet, omdat de wereldlijke overheid steeds hiermee moest instemmen. Een testament van ƒ 2.000,- werd bijvoorbeeld niet erkend door de gouverneur, omdat de betrokkenen erflater zelfmoord zou hebben gepleegd. Aan de katholieke emancipatie in de tweede helft van de negentiende eeuw hebben de paters zeker bijgedragen. Hun eucharistievieringen trokken de aandacht van velen en daartoe hebben zeker de verschillende zangkoren van de kerk bijgedragen. Zij hebben zeker de popularisering van de paus gesteund en bij de werving van zouaven speelden de Redemptoristen een belangrijke rol. Door hun 'conferenties', hebben zij bijgedragen aan de sociale vorming van de Bosschenaren. Ondermeer heeft dankzij de paters de Tweede Nieuwstraat, eerst officieus en later officieel, de naam Sint Jozefstraat gekregen. Na de Tweede Wereldoorlog verloren de Redemptoristen een deel van hun terrein aan andere kerkelijke instellingen. Er werd nog even gedacht aan het verplaatsen van kerk en klooster naar West; een kerk kwam er wél: de parochiekerk Maria van Altijddurende Bijstand werd bediend door de Redemptoristen. Maar in 1971, vijfentwintig jaar geleden, werd bekend gemaakt dat de kerk gesloten zou worden en de paters zouden verhuizen. De gemeente was de nieuwe eigenaar van het complex waartoe ook een grote tuin behoorde. Het klooster werd bestemd tot huisvesting van gastarbeiders. Dat duurde tien jaar, tot 1980. Toen bepaalde de gemeenteraad dat het voormalige klooster tot huisvesting van het Stadsarchief zou dienen. Het zou het Burgemeester van de Venhuis worden. Krakers haalden een streep door de rekening en bezetten een deel van het pand. Pas nadat het gebouw door brand was getroffen en iedereen halsoverkop het pand ontvluchtte, kreeg de gemeente het pand weer in handen. Het Stadsarchief vond een meer geschikte ruimte elders en het voormalige klooster werd weer voor bewoning geschikt gemaakt. Het biedt thans onderdak aan een groot aantal bewoners. De Redemptoristenkerk werd De Orangerie en de grote tuin is thans de voor iedereen toegankelijke Jeroen Boschtuin. |
In 1854-1855 naar ontwerp van A.van Veggel gebouwd, voormalig KLOOSTER der Paters Redemptoristen; pand met verdieping, bestaande uit drie haaks op elkaar staande vleugels onder met blauwe Hollandse pannen gedekte zadeldaken met schilden, die tesamen met de zuidgevel van de kerk, St.Josephstraat 15, een gesloten hof omsluiten. De in schoon metselwerk opgetrokken gevels met hoekrisalieten zijn voorzien van cordonlijsten en afgesloten met een geprofileerde kroonlijst met ten dele 4-ruits zolderramen in het fries. Op de begane grond en de verdieping getoogde vensters met 4- en 6-raams kruiskozijnen met geometrische roedenverdeling en geprofileerde stucwerkomlijsting, uitlopend in kleine consoles, rond de bovenzijde. |
Dit klooster van de paters REDEMPTORISTEN werd in 1854-1855 gebouwd door architect A. van Veggel uit ’s-Hertogenbosch. De paters betrokken het klooster op 6 november 1855 en hadden | 501 |
hier een noviciaatshuis. De kerk is tussen 1857 en 1859 gebouwd, ook naar plannen van Van Veggel. De communiteit is opgeheven in 1971. Nadat het pand in 1978 even was gekraakt werd het tijdelijk bestemd voor huisvesting van urgente woningzoekenden. Twee branden legden het klooster in de as, het restant werd dichtgemetseld. In 1989 is het pand verbouwd tot woningcomplex. De buitenmuren met gietijzeren ramen zijn bewaard gebleven. De kerk is nu in gebruik als congres- en partycentrum. Een deel van het neogotische meubilair is overgeplaatst naar de H. Hartkerk in Oss. Het twee verdiepingen tellende neoclassicistische gebouw met neogotische details bestaat uit drie vleugels onder pannen zadeldaken met schilden, die samen met de Sint Jozefkerk een kloosterhof omsluiten. De dakruiter is na de brand niet meer herbouwd. De bakstenen gevels met hoekrisalieten hadden oorspronkelijk een attiek. Ze zijn voorzien van kordonlijsten en een geprofileerde kroonlijst met recente zolderramen in het fries. Op de begane grond en de verdieping getoogde ramen met vier- en zesdelige getoogde kruiskozijnen met gietijzeren roedenverdeling en opvallende geprofileerde wenkbrauwen op kleine consoles. De paneeldeur is van hout en heeft driepassen. Rechts achter een langgerekte tweelaags aanbouw met plat dak en een noviciaatskapel onder schilddak. De openbare kerk is een driebeukige kruiskerk met pseudobasilicaal schip en een veelhoekig gesloten koor met omgang. De brede vijfdelige bakstenen gevel met zandstenen portaal en Sint Jozefbeeld is na de Tweede Wereldoorlog vereenvoudigd, maar draagt nog steeds een neogotisch karakter. De kerkruimte heeft stucgewelven en door brand aangetaste restanten van een rijke neogotische polychromie. De vormentaal is afgeleid van de late gotiek van de Sint Janskathedraal, herkenbaar aan de bundelpijlers en de rijke profielen. De glas-in-loodramen naar ontwerp van L.C. Hezenmans zijn bewaard gebleven. De onderkeldering van de niet in de kerk zichtbare omgang heeft stenen kruisribgewelven. | 502 |
In de negentiende eeuw hielden de paters Redemptoristen dikwijls volksmissies. Een opleving van het katholieke geloof stond daarbij voorop. Na twee eeuwen mocht de katholieke godsdienst weer openlijk worden uitgeoefend. Gedurende één of twee weken hield een groot aantal paters langdurige preken, vonden er biechthoringen plaats en werd de eucharistie gevierd. Van 8 tot 22 november 1843 vond, op uitnodiging van de apostolis vicaris Den Dubbelden, de eerste missie in 's-Hertogenbosch plaats. Veertien redemptoristen, onder leiding van pater Bernard Hafkenscheid, hielden in de verschillende parochiekerken hun predikaties.
De overheid en ook de protestanten in de stad vreesden ordeverstoringen. Maar deze vonden in het geheel niet plaats. Integendeel, alles verliep zeer ingetogen en de officier van justitie hoefde in die periode geen enkel rapport op te maken. Ook de gouverneur mr. A.J. Borret (na 1850 Commissaris des Konings geheten) kon minister Van Hal meededelen dat alles ongestoord verlopen was.
Tijdens de volksmissie woonden vele duizenden de godsdienstige plechtigheden bij en vonden er vele bekeringen plaats. Richard Diepen, een geacht inwoner die jarenlang niet meer naar de kerk was geweest, nam openlijk in de Sint Jan een scapulier in ontvangst van pater Bernard. Even later liet hij zelfs op de drukke Markt zijn rijtuig stoppen en kocht in het openbaar - terwijl de verbaasde Bosschenaren toekeken - een rozenkrans.
Theodora van der Heiden bekeerde zich eveneens. Dat was zeer opmerkelijk van deze 'abdis der publieke huizen', zoals haar bijnaam luidde. Zelfs sloot zij enige van haar bordelen.
Mr. J. van Blarkom, procureur-generaal bij het gerechtshof, kon maar niet besluiten zich te bekeren. Op een avond hebben zijn kinderen hem op zijn knieën gesmeekt zich toch te bekeren. Van Blarkom ging overstag, is toen gaan biechten en woonde sedertdien de eucharistie weer bij.
Vele 'slechte' boeken werden ingeleverd. Daaronder was een groot aantal boeken van vrijmetselaars. Eén Bosschenaar had zelfs een kruiwagen helemaal volgeladen met literatuur. Boven op deze stapels zette hij de bustes van Voltaire en Rousseau. Deze 'slechte' boeken werden in het openbaar verbrand.
Voor zover bekend is dit de enige openbare boekverbranding geweest die in 's-Hertogenbosch heeft plaatsgevonden.
|
1989 |
P.T.M. van Doremalen, I.C.J. van PeltBestek en voorwaarden : De verbouwing van het voormalige redemptoristenklooster tot woningenWoonvereniging 't Voorpand. 's-Hertogenbosch 1989 |
1977 |
Ontwerp -aanvullende - monumentenlijstKlooster van Paters Redemptoristen gebouwd in 1854/55 door arch. A. van Veggel. Via vleugels gesitueerd om een vierkant binnenterrein. Gevels van schoonmetselwerk met op de begane grond en de verdieping ramen met getoogde bovenzijde, omgeven door een geprofileerde stucwerk lijst.Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Gemeente 's-Hertogenbosch 1977
|
|
2011 |
Register Gemeentelijke Monumentenmonumentnummer: SOM0671adres object: Sint Jorisstraat 11 kadastrale aanduiding: G-5583 datum aanwijzing: 16 maart 2010
Gemeente 's-Hertogenbosch 2011
|
1857 |
De paters Redemptoristen hebben in 1857-59 een kerk gebouwd met een klooster en noviciaat. Ruim 100 jaar is de kerk in gebruik geweest. Momenteel is het complex eigendom van de gemeente 's-Hertogenbosch. Stegentocht 1 |
|
1978 |
Op 31 augustus 1978 besluit de gemeenteraad het voormalige Redemptoristenklooster te bestemmen tot huisvesting van het Gemeentearchief. Bron: Vriendenboek stadsarchivaris Kuyer |
1865 | P.J. Sweens (R. C. priester en rector in het klooster der paters Redemptoristen) |
1908 | J.J.F. Brouwer (pater redempt. Direct. R.K. Mil. vereeniging) - A.W. de Groot (pater redemptorist) - Klooster der E.E. P.P. Redemptoristen - P.J.M. van Waijenburg (rector) |
1910 | Chr. Boomaars (pater redemptorist) - J.J.F. Brouwer (pater redempt. direct. R.K. Mil. vereeniging) - J.P. Marijnissen (rector) - Klooster der E.E. P.P. Redemptoristen |
1928 | Redemptoristenklooster |
1943 | H.C.J.A. Mosmans (R.K. Priester) - prof. F.A. Rutten (R.K. priester prof. wijsbegeerte) |
1948 | Redemptoristenklooster |
1965 | Pastorie Paters Redemptoristen - Redemptoristenklooster |
L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch (1876) IV. 533-538
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 170, 248